Artikel onderzoek Inzet Technologie
Er zijn veel verschillende vormen van technologie. Hierbij maken wij onderscheid tussen ondersteunende technologie, mainstream technologie en universal design. Maar welke vormen van technologie worden er nu eigenlijk ingezet bij mensen met (zeer) ernstige verstandelijke en meervoudige beperkingen ((Z)EVMB)? En wat voor effect heeft op hun kwaliteit van leven? Lotte Piekema heeft dit onderzocht en haar artikel over dit onderwerp is nu gepubliceerd.
Hoe is dit onderzocht?
We zijn in de literatuur gedoken om dit te onderzoeken.
Uiteindelijk hebben we 64 artikelen gevonden die waren gericht op het
verbeteren van de kwaliteit van leven bij mensen met (Z)EVMB door middel van
technologie. We hebben deze artikelen geanalyseerd en hierbij gekeken naar de
verschillende vormen van technologie, het effect op de verschillende domeinen
van kwaliteit van leven en in welke systeem van Bronfenbrenner de
technologie eigenlijk wordt ingezet.
* Volgens Bronfenbrenner wordt de ontwikkeling van een kind beïnvloed door de (kwaliteit van de) omgevingen waarin het kind leeft of waaraan het deelneemt en de omvang en aard van de interacties tussen deze omgevingen. Bron: Nederlands jeugdinstituut)
Wat zijn de resultaten?
We zien dat er veel gebruik wordt gemaakt van ondersteunende
technologieën. Dit zijn technologieën die speciaal zijn ontwikkeld voor mensen
met een beperking. Deze technologieën hebben invloed op de zelfbeschikking en
persoonlijke ontwikkeling van een persoon met (Z)EVMB. Daarnaast zien we dat
technologie individueel wordt ingezet, soms samen met een naaste of een
begeleider.
We zien weinig onderzoeken die zich richten op inzet van
technologie bij mensen met (Z)EVMB in een systeem dat verder van hun afligt,
zoals in een buurthuis of een winkelcentrum
Welke conclusie kunnen we trekken?
Er wordt vooral gebruik gemaakt van ondersteunende
technologie. Deze technologie is duurder en minder makkelijk verkrijgbaar. Er
zijn echter indicaties dat ook andere vormen van technologie in de praktijk
worden gebruikt.
Hoe nu verder?
We hebben al gekeken hoe houding ten opzichte van technologie en
inspanningsverwachting de gedragsintentie kunnen beïnvloeden. Uit ander
onderzoek weten we echter dat meerdere factoren een rol kunnen spelen.
Wil je meer weten? Dan mag je altijd contact opnemen met Lotte via l.piekema@rug.nl
Gerelateerd onderzoek
Deel deze pagina op: